0-9x.y.z (vb: 2.3.1): notatie waarbij x (een getal) staat voor het aantal mannetjes, y staat voor het aantal vrouwtjes, en z staat voor het aantal dieren waarvan het geslacht onbekend is. In het geval van het voorbeeld duidt de persoon op 2 mannetjes, 3 vrouwtjes, en 1 ongesekst dier.
AAdult; volwassen
Anaalschilden; schildplaatjes net boven de cloaca
Ascaris; spoelworm, ; parasiet levend in de darm vorm en grootte van "spaghetti".
BBiotoop; de natuurlijke leefomgeving van het dier
CCalcificatie; de afzetting van kalkzouten in weefsel verkalking.
Capillaria; geslacht van draadvormige parasitaire wormen, behorend tot de nematode.
Carapax; rugschild van een schildpad
Carnivoor; Vleesetend dier
Cauda;staart.
Ciliaten; trilhaardiertjes.
Cloaca; gemeenschappelijke opening voor geslachtsverkeer en faeces bij reptielen
Copulatie; paring
DDeficiëntieziekte; ziekte door gebrek aan een of meer noodzakelijke stoffen in de voeding, zoals vitamine.
Degeneratie; ontaarding, verwording niet meer voldoen aan de oorspronkelijke functie.
Diapauze; rustperiode tijdens het incuberen
Drager; dier dat een bepaalde besmettelijke ziekte bij zich heeft, maar daar (nog) niet ziek van is.
EEctoparasieten; parasieten die buiten op het lichaam leven; bv. teken.
Embryo; vrucht in het eerste deel van de incubatie.
Endoparasiet; parasiet, die in het lichaam van zijn gastheer leeft; bv. maagdarmworm.
FFaeces; uitwerpselen, mest.
Flagellaat; zweepdiertje, flageldragende protozoa.
Follikel; zakje of blaasje; bv. eiblaasje in de eierstok.
Fungus; schimmel, zwammen.
GGonade;geslachtsklier, ovarium, testis.
HHandwarm; 30 tot 40 °C
Hatchrate; uitkomstpercentage van de eieren
Hatchling; pas geboren/jonge dieren
Herbivoor;Plantenetend dier
Herpes; infectieziekte, veroorzaakt door een (herpes)virus.
Herpetologie; wetenschap, die zich met reptielen en amfibieën bezighoudt.
Hybride; bastaard nakomeling van een kruising tussen twee soorten.
II.E. ; Internationale eenheden,(maateenheid) wordt vaak op verpakking van medicijnen en vitaminen vermeld
Incubator; broedstoof
Incuberen; uitbroeden
Intramusculair; in de spier ; bv met betrekking tot een injectie (I.M)
Intraveneus; in de ader bv met betrekking tot een injectie (I.V)
J
KKeratine; hoornstof, de grondstof van schubben, schilden.
LLaesie; beschadiging van weefsel, verwonding.
LV: luchtvochtigheid
MMandibula; Onderkaak
Maxilla; Bovenkaak
Mijt; spinachtig dier.
Mineralen; verzamelnaam voor anorganische stoffen zoals zouten en kalk.
Minor; kleinste.
NNecropsie; Lijkschouwing, sectie
Nitraat ; Nitraten vormen chemisch gezien een groep vaste stoffen (zouten) opgebouwd uit positieve en negatieve deeltjes, ionen genaamd. Een teveel aan nitraat aanwezig (vervuiling) in het water is schadelijk voor schildpadden
OObstipatie; verstopping van de darmen.
Omnivoor; allesetend, planten en vleesetend dier
Ovarium; eierstok
Oviduct; eileider
Ovipaar; eierleggend
Ovovivipaar; Levendbarend, waarbij het embryo via stoffen uit het ei wordt gevoed
Oxytocine; Hormoon, dat de baarmoeder doet samen trekken.
Oxyuris; parisitaire worm bij reptielen, zoogdieren en vogels
PParasiet; organisme dat ten koste van een ander organisme leeft.
Per os; door de mond toedienen van medicijnen
Plastron; Buikschild van een schildpad
Populatie; bevolking, omschreven groep dieren.
Postmortaal; na de dood.
Prolaps; verzakking van en ingewand door een natuurlijke lichaamsopening bv. penisprolaps.
Pseudomonas; bacterie- gesclacht met veel ziekteverwekkende soorten.
QQuarantaine; isolatie, afzondering voor zieke of nieuw ingekomen dieren.
RRachitis; gebreksziekte, tekort aan vitaminen D3 of calcium
Reptilia; de klasse van de reptielen.
RV; relatieve vochtigheid van de lucht
SSalmonella; groep van bacterieen, waarvan vele ziekteverwekend zijn bij dier en mens.
S.C; subcutaan onderhuids.
Sonde; lang siliconenbuisje die op een injectiespuit past
Spoelworm; Ascaris parasitaireworm levend in de darm.
Species (sp.) ; soort
spp; afkorting voor soorten
Stigma; ademhalingsopening
Swab; wattenstokje, waarmee materiaal wordt verzameld voor laboratorium onderzoek.
TTrichostrongylus; geslacht van parasitaire ingewandswormen bij dier en mens.
Trichuris; zweepworm, darmparasiet.
UUV ; Ultra Violet. Straling die een golflengte heeft die korter is dan die van voor mensen zichtbaar licht. UVB word aangewend door reptielen voor de aanmaak van Vit D3
VVirus; infectieus organisme, vaak ziekteverwekkend voor mens en dier, en voor de vermenigvuldiging afhankelijk van de levende cel; bv herpes virus.
W
X
Y
ZZoonose; ziekte, die van dieren op mensen kan overgaan.
Zootechniek; methoden van huisvesting en voeding van dieren.
Aanvullingen of opmerkingen kan je
HIER kwijt .