Schildpaddenforum.net

SOORTGEBONDEN FORA LANDSCHILDPADDEN => Caresheet => Topic gestart door: kurtlippens op 23 Februari 2008, 19:32:08



Titel: Mijn hedendaagse visie op het houden en kweken van Centrochelys sulcata
Bericht door: kurtlippens op 23 Februari 2008, 19:32:08
NEDERLANDSTALIGE BENAMING: Sporenschildpad
FAMILIE: Testudinidae
WETENSCHAPPELIJKE BENAMING: Centrochelys sulcata (GRAY 1872)

VERSPREIDING
Centrochelys sulcata leeft voornamelijk tussen de 12de en 18de noordelijke breedtegraad.
Ze zijn te vinden in Eritrea, Ethiopié (mogelijk) Djibouti en Sudan, in het oosten over de Centraal-Afrikaanse Republiek, Tsjaad, Kameroen, Niger, (vermoedelijk) Nigeria, Burkina Faso, Benin en Mali tot Mauretanié en, Senegal (tot in het westen)


                               (http://i181.photobucket.com/albums/x87/kurtlippens/Landkaart-Afrika-1.jpg)
                                    
                                                                 (ZIE BLAUW GEBIED)

LEEFOMGEVING
Centrochelys sulcata leeft in gebieden met grasland, savannes, droogtebossen tot aan (semi) woestijnen en woestijnranden. Het is een van de weinige reptielensoorten die in de semi-Sahara of zelfs Sahara weet te overleven. Overdag zijn temperaturen van 40°C niet zeldzaam, 's nachts daalt de temperatuur zelden onder de 15°C. Afhankelijk van het jaargetijde en ook de leefomgeving fluctueert de temperatuur tussen maximale waarden van 35-50°C en de minimale waarden van 3-21°C . Per jaar valt er gemiddeld 500mm neerslag. (afhankelijk van de breedtegraad in verschillende hoeveelheden)
Om uitdroging te voorkomen graven de dieren diepe holen waar ze zich bij grote hitte of koele nachten terugtrekken. De ingang van de holen ligt meestal verscholen onder bomen of in een kleine heuvel, lage bosjes...deze holen kunnen tot 4meter diep zijn en 15m lang. Vaak graven ze de holen niet zelf maar gebruiken bouwsels van zoogdieren die ze zonodig wat groter maken. Mannetje en vrouwtjes leven in gescheiden holen, maar vaak wel in elkaars nabijheid. Meestal wisselen ze na 2-3 jaar van onderkomen, meestal slechts 100 tot 200m van het oude hol vandaan.
Metingen in de winter wezen uit dat de temperatuur in de holen waar de dieren zich terugtrekken voor de koude 15-20°C bedroeg, de dieren worden dus zelden blootgesteld aan temperaturen onder de 15°C gezien ze zich dan ondergronds beheven. De luchtvochtigheid in de holen bedraagt circa 60%, dit is 40% hoger dan het aardoppervlak.
GROOTTE EN GEWICHT
Centrochelys sulcata is de grootste landschildpaddensoort van het vaste land.
Het grootste tot nu toe gekende exemplaar was 84,5 cm groot, het dier had een gewicht van 98kg.
De meeste worden niet groter dan 70cm (mannetjes) en 60cm (vrouwtjes) gemiddeld worden ze 50-80kg zwaar.
In gevangenschap kunnen ze een gewicht bereiken tot 120kg (zelden) maar dit betreft dan meestal verkeerd gehouden ''vetgemeste'' dieren.
GESLACHTSVERSCHILLEN
De diagnose is bij dieren kleiner dan 25-30cm zo goed als onmogelijk.
Mannetjes zijn meestal groter, ook op jonge leeftijd zijn ze vaak al groter dan vrouwtjes die dezelfde leeftijd hebben. Bij mannelijke dieren is de vertakking van de gularia (zogenaamde keelsporen zie figuur 1) sterker gevormd, deze zijn vaak langer dan 14 cm. Ook de sporen op de dijbenen zijn bij het mannetje iets langer/sterker ontwikkeld (tot soms 6cm zie fig 3 man en fig 4 vrouwtje) Mannetjes hebben naarmate ze ouder worden een meer langgerekte rechthoekige vorm, terwijl de vorm van de vrouwtjes eerder rond blijft.

                                      (http://i181.photobucket.com/albums/x87/kurtlippens/geslacht012.jpg)
                                                                         figuur 1
Bij oude mannelijke dieren word het carapax duidelijk vlakker naarmate ze ouder worden. De kop van het vrouwtje is rond van vorm en minder vlak dan die van het mannetje.
De schubben op de ledematen zijn bij vrouwtjes in verhouding kleiner.
Bij de mannetjes zijn de marginalia meer gebogen, bij oudere exemplaren gaan de  voorste marginalia echt ''gekruld'' naar boven (zie rode pijl fig 2)

(http://i181.photobucket.com/albums/x87/kurtlippens/sulcata2004-1.jpg)
                                                                        figuur2
(http://i929.photobucket.com/albums/ad138/schildpaddennet/Centrochelys_sulcata007-1.jpg)
                                                                        figuur3
(http://i929.photobucket.com/albums/ad138/schildpaddennet/Centrochelys_sulcata010-1.jpg)
                                                                        figuur4


Titel: Re: Mijn hedendaagse visie op het houden en kweken van Centrochelys sulcata
Bericht door: kurtlippens op 5 April 2008, 14:14:18
VOEDING

(http://i181.photobucket.com/albums/x87/kurtlippens/DSCN5891.jpg)

1 VEZELS
Het belang van vezelrijke voeding:
Vezels in de voeding prikkelen de darmwand tot het uitvoeren van peristaltische bewegingen, waardoor de voedselbrok wordt voortgestuwd. Plantaardig voedsel als onkruid en groenten bevatten veel harde vezels, waardoor de darmen van de sporenschildpad continu worden geprikkeld tot beweging. De darmen zijn hier op specifiek op ingesteld. Dit heeft als consequentie dat zacht voedsel (zoals KATTENVOER en zelfs ZACHT FRUIT) slechts weinig prikkeling van de darmwand veroorzaakt. Hierdoor valt het transport van de voedselbrok stil, terwijl de vochtresorptie wél doorgaat, hetgeen leidt tot een stilstaande brok van ingedikt voedsel: verstopping die uiteindelijk tot de dood kan leiden, hiervan zijn enkele gevallen bekend, ondermeer autopsie uitgevoerd op volwassen sulcata's in de Universitaire Dierenkliniek Merelbeke bracht 30cm lange darmproppen aan het licht. Bij de sporenschildpad is het risico dat het transport van de voedselbrok stilvalt vrij groot gezien de dikke darm heel lang is (2.11 x de lengte van de dunne darm)  De sulcata heeft een minimale hoeveelheid vezels in zijn voedsel broodnodig om gezond te blijven. Uit onderzoek is gebleken dat een vezelpercentage van ongeveer 22 tot 30% een noodzakelijk vezelpercentage is voor de sporenschildpad. Meer vezels kunnen soms leiden tot diarree, minder tot verstopping. Een uitgebalanceerd dieet van diverse soorten onkruiden en bladgroenten voorziet de schildpad van de benodigde hoeveelheid vezels (groenten aangevuld met Agrobs pre-alpin testudo, EquiFyt herbs of Reptosan). Zorgvuldige observatie van de ontlasting zal nodig blijven, aangezien individuele verschillen blijven bestaan. Naarmate sulcata ouder wordt, moet het vezelpercentage in de voeding iets opgevoerd worden, omdat de darmwerking vaak afneemt.
Groenten moeten steeds worden aangevuld met de vezelrijke hooipellets !
Vezelarme voeding zal uiteindelijk leiden tot diarree en aantasting door parasieten( wormen en flagelaten).
Mijn dieren krijgen 2 eetlepels hooipellets (opgelost in weinig water) per 200g groenten, bij onkruiden ongeveer 2 eetlepels per kg voer. Tijdens de wekelijkse vastendag (hooidag) hebben de dieren de grovere structuurvezel EquiFyt Aspero ter beschikking. (niet bruikbaar voor dieren die minder wegen dan 2kg) Daarnaast is kortgeknipt hooi steeds aanwezig.

2 SEIZOENSGEBONDEN VOEDING ?
A Zomer
B Winter

3 PROBIOTICA : Het hoe, wanneer en waarom...

4 VITAMINEN EN MINERALEN ?

5 SULCATA STRIKT HERBIVOOR ?