Schildpaddenforum.net

[natuurlijk habitat]leefgebied Terrapene carolina carolina12 gaat helemaal over hun leefgebied/habitat in MICHIGAN.

Bedankt Joshua Cohen voor de foto's, info en hulp.

Hans

Michigan Terrapene carolina carolina

(http://gi269.photobucket.com/groups/jj72/1KOHTGMDNR/1-43.jpg)

(http://gi269.photobucket.com/groups/jj72/1KOHTGMDNR/2-36.jpg)

(http://gi269.photobucket.com/groups/jj72/1KOHTGMDNR/3-37.jpg)


In Michigan de Terrapene carolina carolina heeft de status Special concern.
Dat wil zeggen dat niet bekend is hoeveel Terrapene carolina carolina er in het wild leven, maar dat ze toch ook niet wettelijk beschermd zijn.
Alleen dat deze soort aandacht verdient bij natuur projekten.
Ze leven hier in beboste gebieden met zandige bodem en in de buurt van water.
Zonnige open plekken in of in de nabijheid van hun habitat worden gezien als onmisbaar voor de voortplanting van Terrapene carolina carolina.
Deze voortplanting vind plaats in Juni/Juli

(http://gi269.photobucket.com/groups/jj72/1KOHTGMDNR/4-35.jpg)

NORTHERN HARDWOOD SWAMP

(http://gi269.photobucket.com/groups/jj72/1KOHTGMDNR/5-35.jpg)

(http://gi269.photobucket.com/groups/jj72/1KOHTGMDNR/6-32.jpg)

(http://gi269.photobucket.com/groups/jj72/1KOHTGMDNR/7-31.jpg)


Komt voor in Noord Michigan.
Nortern hardwood swamp is afhankelijk vanaf het seizoen overstroomd of niet.
De meestvoorkomende boom is Black ash (Fraxinus nigra) die op neutrale tot licht zure grond groeid.
Deze grond is slecht water doorlaatbaar en daardoor vrijwel altijd vochtig.
Vaak is de grond bedekt met een laag humus (bladafval).
Overstroming van dit gebied gebeurd in het voorjaar (tot over 30 cm) in de late zomer is dit meestal weer weggezakt in de bodem.
Waarna er tussen de Black ash bomen veel planten gaan groeien zoals;
Bugle weed (Lycopus spp.)
Skunk cabbage (Symplocarpus foetidus)
Wild violets (Viola spp.)
Common fern (Onoclea sensibilis)
Royal fern (Onoclea regalis)
Ostrich fern (Matteuccia struthiopteris)
Oak fern (Gymnocarpium dryoptheris)
Dwarf raspberry (Rubus pubescens)

SOUTHERN HARDWOOD SWAMP

(http://gi269.photobucket.com/groups/jj72/1KOHTGMDNR/8-26.jpg)

(http://gi269.photobucket.com/groups/jj72/1KOHTGMDNR/9-24.jpg)

Habitat gevonden in Zuid Michigan.
Southern Hardwood Swamp is bebost wetland met lowland hardwoods.
Corniferen groeien hier niet, voornamelijk bestaat het bos uit Silver maple (Acer saccharinum) en Red maple (Acer rubrum) afen toe Black ash (Fraxinus nigra).
Komt voor in slecht water doorlaatbare lager gelegen gebieden, waar voornamelijk in de winter en voorjaar het gebied overstroomd is.
Omdat de grond nat is hebben bomen niet veel wortels en dat is typisch zichtbaar in dit gebied door de bomen die door de wind zijn omgevallen omdat het kleine wortel gestel niet veel weerstand bied.
Veel begroeing tussen de bomen als het waterpeil gezakt is waaronder;
Hackberry (Celtis ocidentalis)
Sycamore (Platanus occidentalis)
Cottonwood (Populus deltoides)
Wild geranium (Geranium maculatum)
Swamp buttercup (Ranunculus hispidus)
Dwarf raspberry (Toxicodendron radicans)
Poison Ivy (Toxicodendron radicans)
Virginia creeper (Parthenocissus guinguefolia)

GREAT LAKES MARCH

(http://gi269.photobucket.com/groups/jj72/1KOHTGMDNR/10-23.jpg)


Kruidachtig wetland planten groep die door heel Michigan is te vinden aan de rand van grote meren.
Vegetatie is sterk afhankelijk van de waterstand.
Kenmerk is lage begroeing met veel Blue joint grass (Calamagrostis canadensis) Bulrushes (Scirpus ssp.) Cat-tails (Typha spp.) en hierbij nog drijvende planten zoals Slender (Najus flexillis).
In dit habitat leven specifiek veel soorten insekten.

MESIC NORTHERN FOREST

(http://gi269.photobucket.com/groups/jj72/1KOHTGMDNR/11-19.jpg)

(http://gi269.photobucket.com/groups/jj72/1KOHTGMDNR/12-18.jpg)

(http://gi269.photobucket.com/groups/jj72/1KOHTGMDNR/13-18.jpg)

Bos type in het Noorden van Michigan, met voornamelijk hardwood.
Speciaal suger maple (Acer saccharum) en American beesh (Fagus grandifolia).
Een kenmerk is "gaten" in de grond door omgevallen bomen, hiervan is de oorzaak de losse zandgrond, waardoor bij storm veel bomen omvallen.
Zelden wordt Mesic Northern Forest op kleigronden gevonden.
Laag blijvende planten tussen de bomen zijn Prickly goose berry (Ribes cynosbati) Red bone berry (Sambucus pubescens) Bunch berry (Cornus canadensis) en Trilliums (Trillium spp.)

MESIC SOUTHERN FOREST

(http://gi269.photobucket.com/groups/jj72/1KOHTGMDNR/14-17.jpg)

(http://gi269.photobucket.com/groups/jj72/1KOHTGMDNR/15-15.jpg)

Bos type in het Zuiden van Michigan.
Open bos gebied met voornamelijk begroeing van American beetch (Fragus grandifolia) en Suger maple (Acer saccharum).
Komt zowel voor in vlak als heuvelachtig gebied met leem/zand grond.
Onderbegroeing voornamelijk schaduwplanten en voorjaars bloeiers, omdat in de zomer en herfst veel schaduw op de bosgrond is.
Voorbeelden zijn;
Spring beauty (Claytonia virinica)
False rue anemone (Isopyrum biternatum)
Yellow trout lily (Erythronium americanum)
White  trout lily (Erythronium albidum)

INUNDALED SHRUB SWAMP

(http://gi269.photobucket.com/groups/jj72/1KOHTGMDNR/16-17.jpg)

Scrub van voornamelijk Button bush (Cophalanthus occidentalis) wat bijna altijd in een laag water staat.
Daardoor bijna geen andere begroeing.
In de grond meestal een kleilaag waardoor het water moeilijk tot bijna niet wegzakt.
Button bush is aangepast aan wisselende stijgingingen van water.
Black choke berry (Aronia prunifolia) en Swamp choke berry (Rubus hispidus) zijn planten die hier ook tegen kunnen en worden soms gevonden in inundaled scrub swamp.

NORTHERN FEN

(http://gi269.photobucket.com/groups/jj72/1KOHTGMDNR/17-13.jpg)


Komt voor in het Norrden van Michigan.
Northern Fen ontstaat in een komvormige oppervlakte waar een laag veen in ligt.
Het is een wetland met een dikke laag mos o.a spagnum, begroeid met hoofdzakelijk Sedge (Carex spp.) dt vormd drijvende matten op het water in de komvormige oppervlakte.
Grofweg bestaat een Northern Fen uit 3 dikte van veen onderlagen met 3 verschillende begroeingen.
Op de dunste groeien veel bruine mossen (Amblystegiacae).
De middelste laag veen tot 1 meter , laag blijvende struiken en grassen zoals Small cranberry Vaccinium oxycoccos) grass en of Parnassus (Parnassia glauca).
En de dikste laag veen, die her en der verspreid liggen met een veen laag tussen 1 en 3 meter zijn begroeid met bomen zoals de Northern White ceder (Thuja occidentalis) of de Black spruce (Picea mariana).

PRAIRIE FEN

(http://gi269.photobucket.com/groups/jj72/1KOHTGMDNR/18-16.jpg)

Wetland gebied met begroeing van sedges en grassen in het Zuiden van Michigan.
Deze Prairie Fens ontstaan op plekken waar bronnen gevoed door grondwater de oppervlakte bereiken.
De kracht van de stroming van het bronwater en de hoeveelheid water bepalen voor een groot deel welke planten er kunnen groeien.
Vaak gevonden op organische en mergel gronden.
Aan de planten kun je zien of het grondwater op die plek hoog of laag staat.
Je ziet hier duidelijk verschil in, aan de hand van de soort planten.
Sedge meadow wordt gevonden op plekken met een lage waterstand (Corex spp.)
Marlflat wordt gevonden bij een hoge waterstand zoals Spagnum (Sphagnum spp.) en Pitcher-plants (Sarracenia purpurea) die wij beter kennen als vleesetende planten of bekerplanten.

Aan de randen van Prairie Fen onstaat Wooded Fen(op de foto goed te zien).
Hier wordt het gebied droger en de bodem vaster waardoor hier bomen kunnen groeien zoals Silk dogwood (Cornus amomum) Red maple (Acer rubrum) en American elm (Ulmus americana).

OAK-PINE BARRENS

(http://gi269.photobucket.com/groups/jj72/1KOHTGMDNR/19-12.jpg)

(http://gi269.photobucket.com/groups/jj72/1KOHTGMDNR/20-14.jpg)


Oak-pine Barrens is een gebied wat afhankelijk is van vuur om op deze manier een "open" landschap tekrijgen.
Zoals de naam al zegt is het gebied begroeid met Oaks en Pine, deze bedekken 5 tot 60% van het gebied.
Daar tussen is het open de bodem bedekt met bodembedekkers of scrub.
Hoe lager de bodembedekking deste vaker is er een brand geweest, de bomen zijn bestand tegen kortdurende brand.
Natuurlijke branden komen voor in het voorjaar, late zomer en herfst.