Het eerste Kekke Koppie was deze keer onderwerp voor wat gissingen..., maar met wat hulp kwamen er namen te voorschijn.
Ik zal jullie niet langer in spanning houden, hier volgen de beschrijvingen.
Foto 1 Assam roofed turtle oftewel
Pangshura sylhetensis is een schildpad uit de familie Geoemydidae.
Met een schildlengte van ongeveer 20 centimeter is dit de kleinste Pangshura- soort. Op de derde tot vijfde vertebraalplaat (de hoornplaten op het midden van de rug) is een kiel aanwezig. Het schild is bruin, het midden van het schild is lichter van kleur.
Het buikschild en de brug, het verbindingsstuk tussen buik- en rugschild, is geel met een zwarte vlek op iedere buikplaat tot geheel bruin. De kop heeft twee gele strepen aan de zijkant, een uit-stekende snuit en een gehaakte bek.
De nek heeft gele lengtestrepen, de poten zijn bruin en dragen vergrote schubben.
De mannetjes zijn zoals bij de meeste schildpadden te onderscheiden van de vrouwtjes door een langere en dikkere staart.
Pangshura sylhetensis komt voor in Azië: in Bangladesh en India.
De habitat bestaat uit meren en rivieren begroeid met grassen op een modderige bodem.
De schildpad is voornamelijk nachtactief en omnivoor, het voedsel bestaat uit plantendelen als wortels, bladeren en meer vlezige delen van verschillende soorten, naast dierlijk materiaal als tweekleppigen, insecten, garnalen en vissen, er is een grote voorkeur voor regenwormen.
Foto 2 De
Sulawesi aardschildpad (Leucocephalon yuwonoi) is een schildpad uit de familie Geoemydidae.
Het is de enige soort uit het geslacht Leucocephalon, maar de soort werd lange tijd tot het geslacht Geoemyda gerekend.
Het is één van de sterkst bedreigde schildpadden.
De schildpad is makkelijk te herkennen door een aantal kenmerken, zo is het schild langwerpig van vorm en vrij plat, heeft drie smalle en lage lengtekielen en de kleur is altijd bruin, de huid van kop en poten is donkerbruin, de buikzijde of plastron is zeer lichtbruin tot geel of oranje.
Mannetjes hebben een witgele kop, vooral de bek, bij vrouwtjes ontbreekt deze kleur.
Er zijn wel meer soorten schildpadden met een snavel-achtige bek, zoals veel zeeschildpadden, maar de Sulawesi aardschildpad heeft een buitenproportioneel grote bek die sprekend lijkt op die van een papegaai, vooral de mannetjes die een sterker gehaakte bek en een afstekende witte tot gele kleur 'snavel' hebben.
De maximale schildlengte is ongeveer 30 centimeter, vrouwtjes blijven gemiddeld kleiner en hebben ook een kleinere staart en een kleinere kop.
De Sulawesi aardschildpad heeft een klein verspreidingsgebied en komt voor in Indonesië op Celebes (Sulawesi), en dan alleen het noordelijke deel van het eiland.
Het is een bosbewonende soort, die in de buurt van water blijft. De habitat bestaat uit ondiepe wateren met een modderbodem. Het is een schuwe soort die niet zont en veel in het water blijft en overdag schuilt tussen objecten en bladeren, waarschijnlijk is de schildpad schemeractief.
Er is nog niet veel bekend over deze pas in 1995 ontdekte schildpad, het voedsel bestaat in elk geval voor een deel uit fruit als banaan en aardbei. Ook schijnt de schildpad een goede klimmer te zijn, maar of hij in bomen klimt zoals sommige soorten is niet bekend.
Ondanks de geringe bekendheid van de soort proberen kwekers de schildpad zich in gevangenschap voort te laten planten om te voorkomen dat de soort wordt uitgeroeid door de
Asian Turtle Crisis. Veel schildpadden worden hierbij in enorme aantallen opgegeten of tot 'medicijn' vermalen.
Foto 3 (Ehhh... van dit dier zijn bijzonder aardige t-shirts verkrijgbaar..., maar ik mag geen reclame maken hier) De
driestreepdoosschildpad (Cuora trifasciata) is een schildpad uit de familie Geoemydidae.
Het rugschild is langwerpig van vorm, blijft relatief laag en bereikt een lengte tot ongeveer 20 centimeter.
Het midden van het schild gaat geleidelijk over in de rand wat een typisch kenmerk is. Op het midden van het schild is een lage, brede kiel aanwezig, de schildkleur is diepbruin met donkere tot zwarte strepen of vlekken. Het buikschild is plat en net te kort om de achterpoten volledig te verbergen. De smalle kop is zwart aan de onderzijde en bruin aan de bovenzijde, onder het oog is een gele, donker omzoomde streep aanwezig die loopt tot in de nek. De bovenzijde van de kop kan ook helder geel zijn.
De onderkaak en keel zijn geel van kleur, de pootoksels zijn kenmerkend gekleurd; van helder oranje tot roze-achtig geel.
In tegenstelling tot de meeste schildpadden is het mannetje niet duidelijk van het vrouwtje te onderscheiden aan een hol buikschild, maar wel aan de langere en dikkere staart.
De driestreepdoosschildpad komt voor in delen van Azië en leeft in de landen China, Hongkong en noordelijk Vietnam, mogelijk ook in Myanmar. De habitat bestaat deels uit heldere stroompjes in bergstreken op een hoogte van 50 tot 400 meter boven zeeniveau maar waarschijnlijk zijn ook andere waterige omgevingen geschikt als habitat.
De schildpad is carnivoor en leeft van regenwormen, kreeftachtigen en vissen.
De voortplanting kan in gevangenschap gedurende het gehele jaar plaatsvinden, met een piek in de lente. De paring is beschreven als gewelddadig en agressief, zoals voorkomt bij veel schildpadden. Per legsel worden twee eieren afgezet, de uitgekomen juvenielen hebben een schildlengte van ongeveer vier centimeter.
Foto 4 De
Ambonese doosschildpad (Cuora amboinensis) heeft een donkerbruin, enigszins bol rugschild dat meestal bruingrijs tot zwart van kleur is, en een grijze huid met een meestal zwarte kop. Kenmerkend is de gele strepentekening op de kop. Jonge dieren zijn nog vrij plat en hebben ook veel reliëf op het schild, evenals een kam op de rug maar deze kenmerken verdwijnen naarmate de dieren ouder worden.
Deze soort komt voor in Ambon, maar ook in delen van de Molukken, Filipijnen en Celebes.
Moerassen en andere waterrijke maar niet te diepe gebieden vormen de habitat. Het is een aan water gebonden schildpad, die ook vaak op het land komt om te zonnen of te eten. Het voedsel bestaat uit insecten, wormen en aas, en ook wel plantendelen worden gegeten.
De maximale schildlengte is ongeveer 20 centimeter en deze schildpad heeft het vermogen het buikschild dicht te klappen bij bedreiging, vandaar de naam doosschildpad.
Het gaat niet goed met Ambonese doosschildpad omdat er honderdduizenden exemplaren naar onder andere China geëxporteerd worden.
Niet alleen wordt het vlees gegeten in onder andere soepgerechten, ook wordt het schild vermalen om er 'medicijnen' van te maken. Ook worden vele wilde dieren in de handel aangeboden. De Ambonese doosschildpad dankt zijn Nederlandstalige naam aan het verspreidingsgebied op Ambon en ook de wetenschappelijke soortnaam amboinensis is hiernaar een verwijzing. De wetenschappelijke naam werd voor het eerst gepubliceerd door François Marie Daudin in 1802.
Er worden vier ondersoorten erkend, inclusief de pas in 1998 voor het eerst beschreven Cuora amboinensis lineata.
De ondersoorten verschillen vooral in verspreidingsgebied:
- Cuora amboinensis amboinensis
- Cuora amboinensis couro
- Cuora amboinensis kamaroma
- Cuora amboinensis lineata
Bronnen:
wikipedia
www.wildlifeextra.com/go/news/box-turtles.html#cr
www.asianturtleprogram.org/pages/turtle-bulletin/Bulletin100_4Oct13/Bulletin_100.htm